Duizenden satellieten vliegen om de Aarde. Maar, net als alle objecten, hebben satellieten niet het eeuwige leven. Ze hebben een beperkte voorraad brandstof en de ruige omgeving in de ruimte kan leiden tot ontzettend veel slijtage. Wanneer ze niet langer werken, moet veel aandacht besteed worden aan het voorkomen dat ze schade toebrengen aan andere satellieten. De satellieten die het dichtst om de Aarde draaien, worden nóg dichterbij gebracht, zodat ze opnieuw de atmosfeer betreden en opbranden, zodra ze hun missie hebben voltooid (meestal gebeurt dat binnen 25 jaar). Maar dit is onmogelijk voor de satellieten op langere afstand. De hoeveelheid brandstof om terug in de atmosfeer van de Aarde te komen, zou ze te zwaar maken om ze in de eerste plaats in de ruimte te krijgen. In plaats daarvan worden deze satellieten aan het eind van hun leven gebracht naar de ‘kerkhofbaan’. De kerkhofbaan is ver voorbij de banen van normale satellieten, verderop in de ruimte. Daar kunnen ze niet botsen ze met diegenen die nog werken. Dat is precies wat deze maand gebeurde met een succesvolle satelliet genaamd Meteosat-7. Na bijna twintig jaar trouwe dienst (vijftien meer dan bedoeld!), werd de satelliet gebracht naar zijn nieuwe en laatste rustplaats: de kerkhofbaan.
Het aantal satellieten in de kerkhofbaan loopt al op tot in de honderden. Met nieuwe ruimtevaartuigen die jaarlijks worden gelanceerd, kan ook dit gebied te vol raken. Onderzoekers zoeken nog naar een permanente oplossing voor dit probleem, waaronder verwijderen of verzamelen van de oude satellieten.